Per 1 januari 2024 is Matthijs van Pijkeren gestart als projectadviseur kerken. Hij volgt Annemieke Buwalda op die na ruim vier jaar Maatschappij van Welstand zich gaat richten op nieuwe uitdagingen.
Matthijs heeft sinds 2002 voor Tearfund gewerkt en heeft hier meerdere functies vervuld. De afgelopen jaren heeft hij vanuit verschillende rollen samengewerkt met kerken en kerkelijke organisaties. Zijn brede (internationale) ervaring gaat hij nu inzetten om bij te dragen aan het ontwikkelen, versterken en vernieuwen van vitale kerkgemeenschappen, een van de doelstellingen van Maatschappij van Welstand.
Voor mij betekent deze nieuwe baan een kans om, na jarenlang met de kerk van alle plaatsen te hebben gewerkt, me te verdiepen in de kerk in Nederland.
Matthijs: “Ik heb bij Tearfund gewerkt, een ontwikkelingsorganisatie die al 50 jaar samenwerkt met lokale kerken in Afrika, Azië en Latijns-Amerika in het bestrijden van armoede en onrecht. Prachtig werk, waarbij ik de laatste jaren vooral samenwerkte met kerken en christelijke organisaties in Azië. Daarnaast specialiseerde ik me in de theorie en praxis werken via kerken: hoe werkt dat samenwerken met een lokale kerk die zich afhankelijk voelt van hulp van buiten, die zichzelf als arm beschouwd, of die onderdeel is van een absolute minderheid in een soms vijandige maatschappij? Dat is totaal anders dan het samenwerken met een professionele hulpverleningsorganisatie. Maar de moeite waard, vanwege haar vrijwilligers, haar motivatie, haar worteling in de gemeenschap. En daarnaast is het bijzonder dat de lokale kerk onderdeel is van een mondiaal netwerk van broeders en zusters die waarden en hoop delen.”
Wat triggerde jou om te reageren op de vacature projectadviseur kerken?
“Wat me aansprak in de rol van projectadviseur kerken bij Maatschappij van Welstand was dat ik overlap zag in de visie op wat kerken kunnen betekenen voor hun omgeving, door het ontdekken van wat ze al hebben aan bronnen. Ik heb in Azië keer op keer gezien dat die vraag aan de kerk naar wat je al hebt de trigger was van een proces van ontdekking, zelfvertrouwen opdoen, je eigen rol opnieuw uitvinden, herstel van relaties met buurt en gemeenschap. Ook in landen waar de kerk een minderheid is of zelfs vervolgd wordt.
Nederland is inmiddels ook een land waarin de kerk een minderheid is en waar de kerk opnieuw op zoek is naar haar rol en relevantie. Maatschappij van Welstand neemt in die zoektocht een prachtige positie in, door het financieel mogelijk maken van vernieuwing en herbronning, maar ook als makelaar en facilitator die verschillende partijen bij elkaar brengt.
Ik vind het heel bijzonder dat religieus erfgoed daarin ook een belangrijk onderdeel van uitmaakt: niet als een last maar als een kans. Als student in Utrecht werkte ik enige jaren als gids op de hoogste kerktoren van het land: de Domtoren. Daar heb ik een liefde voor de Middeleeuwen en oude kerken opgedaan die ik nooit kwijt kon in mijn werk bij Tearfund. Nu kan dat wel: de verbondenheid met de kerk van alle plaatsen ruil ik nu in voor de kerk van alle tijden!”
Wat doe je het liefst in je vrije tijd?
“Ik woon met mijn vrouw Martha en 4 tieners in de stad van de Domtoren: Utrecht. We zijn daar verbonden aan de Nieuwe Kerk – Wilhelminapark, een levende en groeiende protestantse gemeente. We voelen ons ook geworteld in de bloemkoolwijk Lunetten waar we al 15 jaar wonen: een verrassend groene wijk waarin je de grote-stadsproblemen tegenkomt naast egeltjes, salamanders en spechten. In mijn vrije tijd stap ik graag op de fiets de wijk uit, om de bossen van de Utrechtse Heuvelrug of de weilanden van de Betuwe te verkennen. Wel altijd met een podcast in mijn oren, zodat ik me kan verdiepen in Europese politiek, geschiedenis in het algemeen, wetenschap enz. terwijl de pedalen rondgaan.”
Als je kijkt naar de natuur, waarvan zou je willen dat het nooit verloren zou gaan?
“Wat ik het meest bijzonder vind aan de natuur is dat we daar zelf maar zo’n klein onderdeel van uitmaken: alle historie en al het denken en doen van de mensheid is maar zo klein ten opzichte van de grootheid van het heelal of de kracht van de zee of de onverzettelijkheid van de bergen. Dat besef je meer op een vulkaan in Indonesië, of in de Himalaya in Nepal, dan in de Nederlandse polder waar we toch denken dat we zelf alles kunnen bepalen en inrichten. Voor mij is het besef van de kwetsbaarheid van de mens ten opzichte van de natuur ook een geruststelling: als we ons bezighouden met de klimaatcrisis hebben we het toch ook vooral over het voortbestaan van de mens, want de natuur redt zich uiteindelijk toch wel, die gaat zelf niet verloren.”